Aalst - Molenstraat
Stad Aalst zal de Molenstraat heraanleggen. De Molenstraat kent een rijke geschiedenis. Dat vertaalt zich ook in een rijk ondergronds bodemarchief. Om te vermijden dat tijdens de werken archeologische sporen aan het licht komen, waardoor de werken tijdens de uitvoering vertraging zouden oplopen, worden voor de start van de werken een aantal deelzones van de Molenstraat aan een gericht archeologisch onderzoek onderworpen.
De Molenstraat situeert zich aan de buitenzijde van de eerste middeleeuwse omwalling (11de eeuw). Deze omwalling omsloot het gebied rond de Sint-Martinuskerk en volgde min of meer het traject van de Molenstraat – Lange Zoutstraat – Sint-Jozefscollege – Klapstraat – parking Burcht, om zo aan te sluiten op de toenmalige Denderloop. In het eerste kwart van de 13de eeuw worden de Molenstraat en de aanpalende bebouwing opgenomen binnen een tweede, laatmiddeleeuwse omwalling. In deze periode krijgt ook de havenwijk ter hoogte van het Werfplein meer en meer gestalte en wordt de Dender er ingebed en gekanaliseerd. De Molenstraat vormt dan de belangrijke verbindingsas tussen deze havenwijk en de nieuwe centrale plaats van de stad, de Grote Markt.
Tijdens een archeologisch vooronderzoek in oktober dit jaar is een proefput in het noordelijke deel van de Molenstraat (kant van het Werfplein) archeologisch onderzocht. In deze put zijn kelders en muren aangetroffen van huizen die hier tot WO II stonden. Toen had de Molenstraat immers een beduidend smallere breedte en liep de straat deels een andere richting uit. Vanaf het “De Coninckstraatje” naar het huidige Werfplein toe, kende de Molenstraat een rechter verloop dan vandaag het geval is. Een deel van de huidige Molenstraat is ondergronds dus ingenomen door de restanten van dit voormalige huizenblok.
Bij het vooronderzoek kon worden vastgesteld dat onder de recentste bouwfasen oudere vloerniveaus bewaard waren, waarvan de meest recente qua ouderdom mogelijk reeds tot de zestiende eeuw opklimmen. Meer naar onderen toe zijn verschillende lemen vloerniveaus teruggevonden. Het aangetroffen materiaal wijst deze lemen vloerniveaus toe aan laatmiddeleeuwse bewoning (13de – 14de eeuw). Onder deze vloerniveaus zijn vervolgens archeologische lagen aangetroffen, die op het eerste zicht in verband te brengen zijn met het nivelleren van deze terreinen met het oog op het inrichten tot woonzone. Gelijkaardige vaststellingen kwamen aan het licht bij de opgravingen op het Werfplein. De opgravingen zullen meer inzicht geven in de ontwikkeling van dit stadsdeel vanaf de dertiende eeuw.
Bij de opgraving zijn minstens 7 verschillende huizen gedeeltelijk onderzocht. Hierbij werden tal van muren en vloerniveau’s aangetroffen, op basis waarvan de verschillende bouwfasen en verbouwingen kunnen gereconstrueerd worden. Het betreft hierbij niet enkel restanten van het gelijkvloers van de huizen, maar ook diverse goed en minder goed bewaarde kelders. Op basis van de vastgestelde bouwfasen en de vondsten die toelaten deze te dateren, is duidelijk dat de huizen een lange geschiedenis kenden van de late middeleeuwen (13de -14de eeuw) tot en met WO II. Naast muur- en vloerresten werden ook tal van andere bewoningssporen aangetroffen, zoals beerputten, restanten van haarden en ovens en zelfs een waterput. Eén beerput is op basis van de onderzochte opvulling alvast duidelijk in de loop van de 17de eeuw te dateren. De overige beerputten lijken eerder in de loop van de 15de of 16de eeuw in gebruik te zijn geweest. Tussen de bewoningssporen door zijn ook geregeld nivelleringslagen en afvalkuilen met brandafval te herkennen. Deze zijn vermoedelijk het gevolg van één of meerdere branden die de huizen geteisterd hebben in het verleden. Mogelijk is een deel van deze brandsporen alvast in verband te brengen met de grote stadsbrand van 1361.
Op sommige plaatsen lijken de oudste bewoningssporen een oudere akker- of cultuurlaag af te dekken, mogelijk een restant van hoe het terrein er bij lag toen het net opgenomen was binnen de tweede, laatmiddeleeuwse stadsomwalling (eerste kwart 13de eeuw). Op andere plaatsen bevinden de bewoningssporen zich onmiddellijk bovenop de alluviale afzettingen van de Dender. Deze afzettingen zijn vermoedelijk ontstaan nog voor de opname van dit gebied binnen de stadsomwalling. Dichter naar het Werfplein toe zijn in deze alluviale afzettingen sterk organische pakketten afgezet of gestort die lijken te wijzen op een geleidelijke demping door de mens. Mogelijk betreft het de geleidelijke opvulling van een oude Dendergeul. Deze pakketten vertonen alleszins sterke gelijkenissen met deze aangetroffen tijdens het archeologisch onderzoek op het Werfplein in 2011. Verder onderzoek ervan en de toetsing met de resultaten van het Werfplein, zal in de toekomst ongetwijfeld meer duidelijkheid verschaffen.